Wandel in je roeping

Dromen. Welk meisje heeft ze niet. Later, als ik groot ben... Al op de kleuterschool keek ik met fascinatie naar mijn juf. Het leek me geweldig om op een dag zelf ook een klas vol kinderen om me heen te hebben. Ook tijdens mijn middelbare schoolperiode was dit het doel wat ik voor ogen had. Ik genoot van de PABO. Niet alleen werd ik daar voorbereid op mijn toekomstige beroep, ik kwam in die periode ook tot levend geloof. Opgegroeid in een christelijk gezin, leefde ik mijn kinderjaren in kinderlijke afhankelijkheid van mijn Hemelse Vader. Later tijdens mijn lerarenopleiding realiseerde ik dat ik een keuze moest maken, als ik door Hem gebruikt wilde worden. En dat was mijn verlangen! Wat een vreugde gaf het om mijn leven volledig uit handen te geven, te mogen weten dat mijn zonden vergeven waren. Van huis uit kwamen mijn man en ik uit heel verschillende kerkverbanden. De verschillen waren niet makkelijk te overbruggen. De beste keus die we in onze verkeringstijd hebben gemaakt, is dat we samen besloten dat Gods Woord de leidraad zou zijn voor ons leven. We wilden het Woord léven en al onze keuzes en beslissingen toetsen aan het Woord. 

Ruim voor ik mijn opleiding afgerond had, kreeg ik een baan op mijn droomschool. Wat genoot ik van het lesgeven, het bouwen aan een band, kinderen op een hoger plan brengen. In het speciaal onderwijs bloeide mijn hart nog verder open voor de kinderen die extra zorg nodig hadden. Ondertussen was ik getrouwd en tijdens een schooljaar waarin ik zo hard had gewerkt om de groep te krijgen waar ik die hebben wilde, werd ik zwanger. Geweldig vonden mijn man en ik het. Het plaatje van mijn dromen was compleet: ik was juf, was getrouwd en nu zou ik ook nog moeder worden. Mooier kon het niet. Maar zwanger zijn, betekende ook: met verlof gaan en de klas uit handen geven. Het begin van het proces van afscheid nemen begon, zonder dat ik dat misschien echt doorhad. In mijn dromen kon ik het moederschap prima combineren met het lesgeven. Als anderen dit konden, dan ik toch zeker ook? Ook toen we in korte tijd meer kinderen ontvingen, bleef ik stug vasthouden aan mijn deeltijdbaan. De praktijk bleek echter weerbarstig. De kinderen leken altijd precies ziek te worden op de dagen dat ik moest werken. Of ze vroegen vooral aandacht op de dag dat ik mijn lessen voor moest bereiden. Tegelijkertijd ontdekte ik veel Bijbelse literatuur over de rol van de vrouw en het moederschap. Ik ging zien dat het moederschap een roeping is, vele malen hoger dan ik ooit had gedacht.

Wat een ontdekking! Ik deed ook de pijnlijke ontdekking dat ik mijn beroep als hogere roeping zag dan het moederschap. Psalm 127 zegt dat kinderen een geschenk zijn van de Heere. Hij vertrouwde mij deze kinderen toe en ik vond het leuker om andermans kinderen les te geven! Ik wilde gehoorzamen aan dat wat Hij van me vroeg. Wat was het een zegen dat mijn man me steunde in de beslissing om mijn baan op te zeggen. Wat mocht ik een rust ervaren over deze beslissing. Een zuster bemoedigde me met de woorden: ‘Je hebt het beste deel gekozen’. Zo ervaar ik het nog steeds. Inmiddels hebben we vijf kostbare schatten waar ik fulltime voor mag zorgen, die ik mag koesteren, voeden, verzorgen, onderwijzen, discipelen. De Heere gebruikt mij om hen te vormen, maar Hij gebruikt hen nog veel meer om mij te vormen. Door het moederschap leer ik in kleine stapjes mezelf meer te verloochenen. De kinderen leren me wat genade is en hoe belangrijk het is geduldig te zijn. Ze zijn een spiegel voor mijn zondige karaktertrekken. Wat loop ik vaak tegen mezelf aan! Hoe hard ik ook mijn best doe, ik ben onvolmaakt. Ik ben op sommige dagen te ongeduldig, te ongenadig en ik weet dat ik faal. Misschien wil de Heere ons juist op dat punt hebben. Hij verwacht niet dat we sterk zijn en volmaakt. Hij kan pas door ons heen werken als we zwak zijn en alles van Hem verwachten. Niets in onszelf, maar alles in Hem. Ik wil jullie bemoedigen om een instrument te zijn in Zijn hand. Geef jezelf én je kinderen over aan Hem. Wandel naar de roeping die Hij over je leven heeft. Dien je kinderen, in liefde. Niet uit jezelf, maar uit Hem en door Hem en tot Hem.

Mirjam Baan